Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie D
- Distantiëring
- Distantierit
- Distantievracht
- Distel
- Distelachtig
- Distelbloem
- Distelen
- Distelhaak
- Distelig
- Distelschaar
- Disteltang
- Disteltrekker
- Distelvink
- Distelvlinder
- Distichon
- Distillaat
- Distillateur
- Distillatie
- Distilleerder
- Distilleerderij
- Distilleerfles
- Distilleerketel
- Distilleerkolf
- Distilleermethode
- Distilleeroven
- Distilleertoestel
- Distilleervat
- Distilleren
- Distinctie
- Distinctief
- Distingeren
- Distinguendum est inter et inter
- Distinguo
- Distorsie
- Distr. (afk)
- Distract
- Distractie, v. (-s)
- Distribueermachine
- Distribueerwals
- Distribueren
- Distributie
- Distributieambtenaar
- Distributieapparaat
- Distributiebescheiden
- Distributiebon
- Distributiedienst
- Distributief
- Distributiekantoor
- Distributieregeling
- Distributiewet
- District
- Districtsbelang
- Districtscommissaris
- Districtshoofd
- Districtsschoolopziener
- Districtsveearts
- Dit
- Ditat virtus
- Dithyrambe
- Dithyrambisch
- Ditmaal
- Dito
- Dittografie
- Diurese
- Diuretica
- Diuretisch
- Diurnaal
- Div. (afk)
- Diva
- Divae memoriae
- Divageren
- Divan
- Divanbed
- Divankleed
- Divankussen
- Diverge rend
- Divergent
- Divergentie
- Divers
- Diversen
- Diversité, c’est ma devise
- Diversiteit
- Diverteren, zich
- Divertikel
- Divertimento
- Divertissement
- Dives aut iniquus, aut iniqui heres
- Dives qui fieri vult et cito vult fieri
- Dividatie
- Divide et impera
- Dividend
- Dividendbelasting
- Dividendbewijs
- Dividendreserve
- Divideren
- Dividivl
- Dividivlboom
- Dividivloogst
- Divinatie
- Divinatiegave
