Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Bewapenen

betekenis & definitie

(bewapende, heeft bewapend), wapenen, van wapens voorzien : de politie is bewapend ; inz. een plaats met vuurmonden voorzien: de wallen bewapenen ; — een koopvaardijschip bewapenen, ten oorlog uitrusten; zich bewapenen, van staten : zich ten oorlog uitrusten.

< >