Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Belabberd

betekenis & definitie

bn. bw. (-er, -st), (gemeenz.) ik vind het belabberd, akelig, lam, vervelend. het ziet er belabberd uit, allesbehalve rooskleurig. ik voel me belabberd, miserabel. het is hier een belabberde boel, een misselijke boel; — (zeet.) belabberd weer, de wind waait niet flink door, maar slechte bij vlagen.

< >