Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Bekaaid

betekenis & definitie

bn.,

1. (vero.) niet vers meer: bekaaide vis ;
2. (gew'.) beduusd, verlegen : er bekaaid van staan ;
3. er bekaaid afkomen, er slecht afkomen, de kous op de kop krijgen ; bekaaid uitkomen, bedrogen;
4. (gew.) bekaaid zijn, in de war;
5. (gew.) verkeerd in ’t alg. : een bekaaide zomer, als ’t veel regent: — een bekaaide kamer, waar de meubelen niet behoorlijk geschikt staan;
6. (Zuidn.) dronken.

< >