Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Attis

betekenis & definitie

ATYS, Syrische godheid, priester en minnaar van Cybele, die in extase zich ontmande, wat zün aanhangers in orgiastische vieringen navolgden ; de ontmande priesters hetten Gallen. Bij Ovid. {Met. 10,104—105) verandert Attis in een pijnboom.

< >