Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Althaea

betekenis & definitie

(Lat.), v., heemst, plant van de fam. der Malvaceeën, ook zeemaluwe geheten; uit de bladeren en wortel van de Althaea officinalis of witte maluwe wordt een stroop bereid die als verzachtend geneesmiddel tegen borstkwalen, hoest enz. dient.

< >