(wiste af, heeft afgewist), met een natte doek of spons wegnemen of reinigen: vlekken van een tafel afwissen ; het vuil van het glas, de bril afwissen ; het schrift, een som enz. van de lei, van het bord afwissen ; — een tafel, een glas, een bril, een lei, een bord afwissen ; — zijn mond afwissen ; een kind afwissen ; — (bloed of zweet enz.) afvegen: hij had een zakdoek in de hand om zich het zweet af te wissen ; zich de hand, het voorhoofd afwissen : tranen met een doek of met de hand van de ogen of van het gelaat afwissen, wegvegen ; de ogen afwissen; (lig.) iemands tranen af wissen, zijn droefheid lenigen, hem vertroosten; — (fig. van hetgeen met een smet wordt vergeleken) (bijb.) wis uw zonden af, reinig u daarvan, doe boete; — een lichte ballingschap wist zijn misdaad af; — (van een schuld of verdenking die op iem. rust, of een smaad, hoon of belediging die hem is aangedaan), hem (of zich) er van zuiveren, hetzij door hem (of zich) te rechtvaardigen, hetzij door hem (of zich) een billijke voldoening te verschaffen: gij moet mij in mijn eer herstellen, de smet afwissen die gij op mij geworpen hebt; — een smaad, hoon enz. in bloed af wissen, zich er over wreken op de persoon die de belediging heeft aangedaan, door zijn bloed te doen vloeien, hem te doden; — een smaad, een schande enz. met zijn bloed afwissen, ze uitdelgen door opoffering van zijn leven.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk