(weende af, heeft afgeweend),
1. (dicht.) een tijd tot het einde toe in stille smart en tranen slijten : thans sta ik daar mijn nutloos leven af te wenen (Bild.) ;
2. zich afwenen, door voortdurend geschrei uitgeput raken: zij is geheel afgeweend.
Gepubliceerd op 01-01-2021
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: