Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Afoogsten

betekenis & definitie

(oogstte af, heeft afgeoogst),

1. (te veld staande vruchten) oogsten, van liet veld afneraen en binnenlialen ; ook : een véld af oogsten, de vruchten er van oogsten en binnenhalen :
2. gedaan maken met oogsten, de oogst ten einde brengen : hebt ge al af geoogst

< >