Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Acces

betekenis & definitie

(<Fr.), o. (-sen),

1. toegang (tot een bijeenkomst);
2. (mil.) droogblijvende terreinstrook in een inundatie;
3. verkiesbaarheid tot zekere kerkelijke ambten;
4. (veroud.) aanval van een ziekte, een koorts;
5. toestemming om met een meisje te verkeren: acces vragen.

< >