Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Aanleren

betekenis & definitie

(leerde aan, heeft aangeleerd),

1. door leren zich een kennis of vaardigheid eigen maken: een vreemde taal, een ambacht aanleren; (ook) zich eigen maken: slechte manieren aanleren;
2. zijn best doen met leren;
3. (w. g.) in kennis of bekwaamheid vooruitgaan.

< >