Dit wederkerende werkwoord komt vrijwel alleen in de gebiedende wijs voor. Men zegt: scheer je weg! maar: de dief scheerde zich weg is hoogst ongebruikelijk.
Het is waarschijnlijk dat wij het werkwoord aan het Duits hebben ontleend. Daar bestaat in de spreektaal sich scheren voor: zijn biezen pakken, sich packen zoals de Duitser ook zegt. Wij hebben te maken met een werkwoordsstam die verwant is met het Griekse skareln dat: huppelen, springen, dansen betekent en waarvan ook ons woord scherts familie is. Het Italiaans heeft scherzo: grap, spel, een woord dat ook als muziekterm wordt gebezigd. Ook schrikken hoort hierbij. Het gemeenschappelijke in al deze woorden is de vlugge beweging die men maakt, lopend, dansend, aan het schrikken gemaakt, of de benen nemend.