aanwezigheid van opgeloste bloedkleurstof zonder bloedlichaampjes in de urine; gevolg van oplossing der rode bloedlichaampjes door transfusie van bloed, septische ziekten, malaria (H. malar i ca), zwartwaterkoorts, vergiftigingen, verbrandingen of, bij aanvallen, zonder medewerking van deze oorzaken (transitoire of paraxysmale H.), bijv. na vermoeiende voetreizen of doorstane koude. Paroxysmale nachtelijke H., met sterk haemoglobine-houdende nacht-urine, die overdag normaal is.
Syn. Anaemia haemolytica cum haemosiderinuria, ziekte van Marchiafava-Micheli.).