Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 26-06-2020

Fraise

betekenis & definitie

(Fr., geplooide halskraag), drilboor; bijv. bij de trepanatie gebezigd (Sudeck).

Fraisen (Duits, van het Oudhoogduits fraesa, etymologisch hetzelfde als vrees, dat oudtijds gevaar betekende), Beijerse volksuitdrukking voor kinderstuipen; ook, voor groene ontlasting bij kleine kinderen en voor zekere huiduitslagen.

< >