Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 26-06-2020

Fractúra

betekenis & definitie

(Lat., breuk), beenbreuk. F. comminutiva s. assularis (Lat., comminuo, stuk slaan, assula, stukje), splinterbreuk.

F. compléta, volledige breuk, waarbij het been in twee stukken is gebroken. F. complicata, samengestelde beenbreuk, open beenbreuk, waarbij de beenstukken in een open wond liggen. F. directa, rechtstreekse breuk, ontstaan op de plaats waar het geweld heeft ingewerkt. F. incompléta, onvolledige breuk, waarbij de scheur niet het been in tweeën verdeelt; syn. infractio. F. indirecta, breuk op een plaats, verwijderd van de plaats waar het geweld heeft gewerkt.

< >