(behoefte aan) slaap (informeel)
‘En zij was zo schoon in die rijkemensenkleren,’ zegt Marieke Bleecker, worstelend tegen haar vaak.
(Louis Paul Boon, De bende van Jan De Lichte)
Belgisch-Nederlandse Standaardtaal
Gangbaarheid: 7
Vlaamsheid: 1
Gepubliceerd op 21-07-2020
vaak
betekenis & definitie