ervandoor gaan (informeel)
Ik snauw haar toe dat zij mij ontgoochelt omdat z' aan 't zeiken is zoals Martine en dan schreeuwt ze dat ze die naam nooit meer wil horen en dan zit het er bovenarms op, ik gooi het glas whisky in de open haard in gruzelementen en trap het af.
(Jef Geeraerts, Z17)
Belgisch-Nederlandse Standaardtaal
Gangbaarheid: 4
Vlaamsheid: 2
Gepubliceerd op 21-07-2020
het aftrappen
betekenis & definitie