arrogante kerel, opschepper (informeel)
En typisch voor dat soort kortstondig omhooggevallen rioolratten: meteen een dikke nek. Of ben je er niet van op de hoogte dat meneer al na één opnamesessie z'n eigen schminkster wilde? Die hij dan nog meteen probeerde te verkrachten ook!
(Herman Brusselmans, Guggenheimer wast witter)
Zijn devies was: 'Doe maar gewoon, dat is al gek genoeg. Wees eenvoudig, krijg geen dikke nek. Wees niet te ambitieus.'
(Goedele Liekens, Humo, interview)
In het Belgisch-Frans: 'un gros cou'.
Belgisch-Nederlandse Standaardtaal
Gepubliceerd op 21-07-2020
een dikke nek
betekenis & definitie