Wij zeggen, dat twee gegeven wisselstroomen dezelfde gemiddelde stroomsterkte en dezelfde frequentie hebben, als zij noch daardoor van elkander verschillen, dat het begin, derhalve ook het einde der periode niet met elkander samenvallen, dat wil zeggen, dat de eene zijne periode vroeger of later dan de andere begint. We zeggen als dit laatste het geval is, dat ze verschillende fase of phase hebben, dus dat er fasen- of phasenverschil bestaat.
Fase eener wisselstroom is dus feitelijk de duur eener periode.
