Geen resultaten voor verhitten

verhitten - iets heet maken. Het onderwerp is een persoon of zaak. Groente enkele minuten in een pan zonder deksel en in matig heet vet verhitten heet fruiten. Gratineren is een gerecht met een laagje paneermeel, kaas en dergelijke bedekken en het in de oven of grill een korstje geven. Koken geschiedt in kokende vloeistof, bijvoorbeeld water of wijn, en in een pan met een deksel; de temperatuur ligt boven het kookpunt. Kort koken heet blancheren. Bij smoren of braiseren is de temperatuur gelijk aan het kookpunt; vlees en vis worden gestoofd. Als de temperatuur iets onder het kookpunt ligt, spreken we van pocheren. Er komen hoge druk en een hoge temperatuur te pas bij stomen; men stoomt groente of soep tot die gaar is. Opwarmen gebeurt met een koud geworden gerecht of maaltijd: weer warm maken. Het oppervlak van iets wordt licht verbrand bij schroeien, zengen of verzengen. Blakeren heeft de zon of een vuur als onderwerp: 'de zon blakerde het veld'. Zie: verbranden.

verhitten - regelmatig werkwoord
uitspraak: ver-hit-ten

1. heet maken
♢ als je dat plastic wilt buigen, moet je het eerst verhitten

Regelmatig werkwoord: ver-hit-ten
ik verhit
jij/u verhit
hij/zij verhit
wij/zij/jullie verhitten
ik/jij/u/hij/zij verhitte
wij/zij/jullie verhitten
hij heeft verhit
de/het/een verhitte ....
verhittend, verhittende