Synoniem van spaander

spaander - zelfstandig naamwoord
uitspraak: spaan-der

1. langwerpig stukje hout dat bij het hakken afvalt
♢ waar hij gehakt had, lagen overal spaanders
1. tot spaanders geslagen worden
[kort en klein]
2. waar gehakt wordt, vallen spaanders
[als iets wordt doorgezet, is er altijd ook schade]
3. van iets of iemand geen spaander heel laten
[totaal afkraken]
2. heel klein beetje
♢ er komt geen spaander van die plannen terecht

Zelfstandig naamwoord: spaan-der
de spaander
de spaanders
het spaandertje

Synoniemen
spaan