in barokke emblemataboeken opgevat als symbool van onbezwaardheid, dicht bij God en ver van de wereld zijn en tegelijk als Mariasymbool, dankt zijn reputatie en zijn oude naam ‘Paradisea apoda’ voetloze paradijsvogel) aan de gewoonte van de inboorlingen van Nieuw-Guinea en de Indonesische eilanden om de huid van gedode vogels met veren en al af te stropen en zo te roken, dat ze zonder botten en poten hun vorm behielden. Zo werden ze verkocht en vonden hun weg naar Europa, waar ze als ‘Sylphen’ (luchtgeesten) opzien baarden.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk