(de), eenjarige plant met handvormig ingesneden bladeren, rode stengels en dan gele bloemen met een donker rood centrum (rode zuring), of groene stengels en dan bleekgele bloemen met een geel centrum; waarschijnlijk uit tropisch Azië (Hibiscus sabdariffa, Angalampoefamilie). Ik lust liever limonade van zuring (J&L 1922a: 47).
- Etym.: De smaak van de produkten (zie hieronder) is van nature zuur. ANz. = naam vooreen aantal planten o.m. in Ned. die zuur smaken en vroeger als groente genuttigd werden (Rumexsoorten, Mierenhoutfamilie). Een van deze (Rumex acetosa) werd vroeger ook in Sur. gekweekt en z. (of veroud. AN zuurling) genoemd; zie o.m. Lammens (1822; 1982: 75; zuring) en Teenstra (1835 II: 264; zuurling). Teenstra noemt ter onderscheiding de rode zuring bij deze naam of Guinesche Zuurling. Samenst. ook zuringjam (zie zuringstroop, cit.)
-: rode zuring, zuring met rode stengels.
- Etym.: Zie zuring. Oudste vindpl. Hartsinck 1770: 62.
- Syn. rode zuurling.