Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

Gepubliceerd op 28-09-2020

warrand(e), warrant

betekenis & definitie

(de, -s), (veroud.) giftbrief van grond voor de aanleg van een plantage (A.1). Dat bij 't Hoff is goetgevonejen ende verstaen, dat allen dengeenen die warrants van landen komen op te nemen, zullen gehouden zijn binnen dry maenden naer dato van de opneminge deselve geassisteert door de naeste buuren op te nemen ende ’t selve onder de warrant te doen stellen en ter eersten gelegenheyt bij den lantmeeter laeten uytmeeten (plak. van 1687; S&dS 174).

- Etym.: AN warrant (van E) = o.m. volmacht (Van Dale). Oudste vindpl. plak. van 1684 (S&dS 137). In oudere stukken warring.

< >