Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

Gepubliceerd op 28-09-2020

vispan

betekenis & definitie

(de, -nen), open, visrijke vijver of plas met altijd ruim water, in het kustgebied. Voorkomen [van de vissoort dagoeboi]: hoofdzakelijk vispannen, waar ze als zeer jong broed binnenkomt (pannenvisserij) (S&S 190).

-Etym.: Zie het syn. pan (I.3).
- Zie ook: visgat, zoeterwaterpan, zoutwaterpan.

< >