Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

Gepubliceerd op 28-09-2020

pompelmoes

betekenis & definitie

(de, -moezen), als AN: vrucht van Citrus grandis (Citrusfamilie).

- Opm.: Vroeger werd in AN en nu nog wordt in BN de ‘grapefruit’, die vermoedelijk uit de p. voortgekomen is (Ost. 28), eveneens ‘pompelmoes’ genoemd: zie WNT 1949, Van Dale, De Clercq.
- Zie ook: grape, gideonsappel.

< >