Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

Gepubliceerd op 28-09-2020

pommeroos

betekenis & definitie

(de, -rozen),

1. boom met tuilen van witte bloemen en geelachtige, ronde tot omgekeerd peervormige vruchten, uit Indo-

nesië (Syzygium jambos, Goejavefamilie). S. jambos, de pommeroos, heeft vruchten die naar rozen geuren (WB e.a. 173).

2. de eetbare vrucht van deze boom. Etym.: Oudere vormen: pomme de roze (of rosé) o.m. bij Lammens 1822; 1982: 175, d.i. F en bet. ‘rozenappel’ (zie het cit. onder bet. 1 )\pommerose (Stahel 1944: 34), d.i. ook de naam in het E.

< >