Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

Gepubliceerd op 28-09-2020

ghi

betekenis & definitie

(de), (uitspr. H: gie), botervet, d.i. een vloeibaar keukenvet gewonnen uit melk, ook gebruikt als brandstof voor dia’s.

Bij zonsondergang wordt eerst het gebed uitgesproken waarna uit een aarden bakje (diya ) met ghie waarin een watten lont wordt ontstoken (A&P 1981c). - Etym.: H. Als minder beschaafde uitspr. komt voor: ghiw.

< >