(de, -ten), goudkleurige ichneumon (Grzimek XI: 193) of mungo, een in Suriname ingevoerd roofdiertje, oorspr. uit Zuid-Azië (Herpestes auropunctatus). Zie Husson 11.
Etym.: AN f. = gekweekte albinovorm van de ‘bunzing’, een klein roofdier o.m. in Ned. (Putorius foetidus). Syn. mongoes.