Gepubliceerd op 30-07-2020

Een of de pik op iemand hebben

betekenis & definitie

een bijzondere, persoonlijke vijandschap, afkeer jegens iemand koesteren; hem niet mogen lijden en dit laten merken door kleine hatelijkheden; in Zuid-Nederland enen pijk of pik op of tegen iemand hebben. De vorm een pieck op iem. hebben, die beg. 17de e. voorkomt, wijst erop dat dit woord is ontleend aan Fr. piqué, wrok; door bijgedachte aan pikken is men evenwel al spoedig pik gaan zeggen (reeds bij Plantijn). De Duitsers zeggen evenals wij einen Piek auf jemand haben, maar ook eine Pike, welk Pike ontleend is aan het Fr. piqué, spies, waaruit zich de bet. van wrok ontwikkelde, evenals in het Italiaans, waar picca zowel spies als wrok betekent. Vgl. Fr. avoir une dent contre quelqu’un; Hd. einen Zahn, einen Haken auf einen haben; Eng. to have a spite against, to have a down on a person.

< >