Gepubliceerd op 24-06-2025

Zij deelen schot en lot.

betekenis & definitie

[Schot is eigentlijk de belasting, en, bij toepassing, alles, wat men aan ongelden en verteringen, om in zijne behoeften te voorzien, moet uitgeven, en lot iemands staat in ’t leven, door de Voorzienigheid hem toebedeeld, in ’t algemeen dus alles, wat tot de geschiedenis van iemands leven behoort. Deelen zij schot en lot, dan zegt dit dus: er heeft in alles gemeenschap plaats, zoowel in de uitgaven als in de inkomsten; aan schot noch lot onderworpen zijn, beteekent: onafhankelijk zijn, en draagt iemand gewillig schot en lot, dan betaalt hij gewillig, wat hij schuldig is, zoowel als dat hij tevreden is, met hetgeen men hem voor zijne werkzaamheden toeschikt].

< >