gefortuneerd zijn, het goed kunnen doen, goed bij de planken kunnen. Vermoedelijk moeten we aan doen hier de betekenis toekennen van toestand (vgl. het oude doen), waarin het in de middeleeuwen reeds voorkwam.
Fr. être à son aise, dans l’aisance; Hd. sein gutes Auskommen haben', Eng. to be well-to-do.