Spreekwoorden en gezegden met 'zit-dwars'

Dat zit hem (dwars) in de maag

Daar is hij boos over

In de zin van: iets dubbel en dwars verdiend hebben, ergens dubbel en dwars (mee) uit kunnen, e.d. Deze zegswijze is een der talloze hyperbolen (buitensporig vergrotende uitdrukkingen) in onze spreekw...
Lees meer

iemand de voet dwars zetten

die man zet ons altijd de voet dwars: hij wil nooit meewerken, hij werkt altijd tegen.

Iemand de voet dwars zetten

Iemand tegenwerken

Iemand de voet dwars zetten

Iemand tegenwerken, dwarsbomen

Iets dubbel en dwars verdienen

Deze zegswijze kan zowel een gunstige als een ongunstige betekenis hebben. In het eerste geval: bijzonder zijn best hebben gedaan; in het tweede geval: zich bijzonder misdragen hebben. ‘Dwars’ is hier...
Lees meer

Dwars zijn gelijk ene krabbe

Bijzonder scheef zijn

Daarvoor zet ik geen voet dwars

Daarvoor doe ik geen moeite

Iemand (dwars) voor de boeg komen

Iemand dwarsbomen; tegenwerken; ook: iemand plotseling tegen het lijf lopen

Hij was noch dwars-, noch verrekijker

Geen kijk-uit over land of zee

Hij was noch dwars-, noch verrekijker

Geen hand-, noch pot- noch sterrekijker

Hij was noch dwars-, noch verrekijker

Maar ’t was een kijker met een P

Zwaar (of: dwars) in de maag liggen

a Er tegen op zien;

Zwaar (of: dwars) in de maag liggen

b boos over iets zijn

Hij is zo dwars als een draaiboom

(Z. N.) Hij is geheel onhandelbaar

Die zit

Gezegd bij een rake, gevatte opmerking. Vgl. Terentius, Andria (I, 1, 56): ‘Hoe habet’, d.i.: die heeft hij beet! Die is raak! In deze zin wordt het gebruikt voor de verliefdheid, opgewekt door Cupido...
Lees meer