Stel niet uit tot morgen wat ge heden doen kunt
Soms ook gekscherend: Stel niet uit tot morgen wat je vandaag een ander kunt laten doen. Deze zegswijze staat in verwijderd verband tot Matth. 6 : 34, waar we lezen: 'Zijt dan niet bezorgd tegen de morgen, want de morgen zal voor het zijne zorgen; elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad'. Vgl. Horatius, Carmina (I, 11, 18) (aan Leuconda): 'Carpe diem, quam minimum credula postero', d.i.: pluk (geniet) elke dag, zo min mogelijk rekenende op de volgende. Van Archias, gouverneur van Thebe voor de Spartanen, die zich van deze beroemde stad hadden meester gemaakt, wordt verhaald dat hij met zijn officieren door een rijke inwoner, met name Philias, op een diner werd genodigd. Terwijl hij genoot van het vele goede, dat de tafel bood, bracht men hem een brief, waarin de mededeling stond van een aanslag die men tegen hem had beraamd en die ieder ogenblik kon worden gepleegd. ‘Ernstige zaken komen morgen wel!' riep Archias uit, en hij weigerde de brief te lezen. De maaltijd werd onder grote luidruchtigheid voortgezet. Archias voelde zich zonder zorgen tot . . . plotseling de samenzweerders die met Philias onder één hoedje speelden, de feestzaal binnendrongen en de tiran van Thebe, die zich gehaat gemaakt had door zijn wreedheden, met zijn landgenoten vermoordden (478 v. C.), waardoor Boeotië van het Spartaanse juk werd bevrijd. Had Archias dit spreekwoord in praktijk gebracht, de wereld zou een gevleugeld woord minder rijk zijn geweest