Al wat men spaart uit de mond, is voor de kat en de hond
Zich zelf iets ontzeggen, om het een ander te kunnen gevenAl wat men spaart uit de mond is voor de kat of voor de hond
Men moet ten bate van een ander nooit minder eten of drinkenMout spaart meel
Als men veel gedronken heeft, moet men geen brood meer eten. (Mout wordt gebruikt bij de bereiding van het bier)Wie zijn lichaam spaart, spaart geen rotte appel
Men moet op zijn gezondheid passen. Een variatie is: Wat men aan zijn lichaam besteedt, besteedt men aan geen rotte appel. Dit wordt vaak gekscherend gezegd, wanneer men zich zelf eens tegoed doetHij spaart het water
Hij wast zich zelden of nooitDie de roede spaart, haat zijn kind
Wil men zijn kinderen goed opvoeden, dan moet men ze soms bestraffenDie de roede spaart, haat zijn kind
Wie zijn kinderen goed wil opvoeden, moet ze soms bestraffenDie de roede spaart, haat zijn kind
Ieder kind moet wel eens bestraft wordenDie jong spaart, lijdt oud geen gebrek
Jong gewend, oud gedaanDie jong spaart, lijdt oud geen gebrek
Spaarzaamheid van jongs af zorgt voor een zorgeloze oude dagDie jong spaart, lijdt oud geen gebrek
Iemand die al vroeg leert met geld om te gaan, zal later niet gemakkelijk tot armoede vervallenDie jong spaart, lijdt oud geen gebrek
Wie in zijn jeugd verkwistend leeft en niet spaart, zal in zijn ouderdom gebrek lijdenDie jong spaart, lijdt oud geen gebrek
Ook: Die heden wat spaart, heeft morgen watDie jong spaart, lijdt oud geen gebrek
Maar wie in zijn jeugd verkwistend is, zal in zijn ouderdom gebrek lijden, want: jong te paard, oud te voetDe bleke dood spaart klein noch groot
De dood ontziet niemandDe bleke dood spaart klein noch groot
Niemand kan de dood ontgaanDie heden wat spaart, heeft morgen wat
Die jong spaart, lijdt oud geen gebrekWie het kleine niet spaart is het grote niet waard
Wie het kleine niet acht die het grote niet wachtWie het kleine niet spaart is het grote niet waard
Wie het kleine niet eert is het grote niet weerdWie het kleine niet spaart is het grote niet waard
De oudste plaats waar dit soort zegswijzen is opgetekend is Campen (10): ‘Wye tcleyne versmaet die en sal tgroote niet hebben’. Een nadere verklaring is voorts overbodigWat men aan het zaad spaart, verliest men aan de oogst
Verkeerde zuinigheid deugt nietWat men aan het zaad spaart, verliest men aan de oogst
Met verkeerde zuinigheid bereikt men niet veelWat men aan het zaad spaart, verliest men aan de oogst
Verkeerde zuinigheid deugt nietDe kaars uit, schaamte uit
Alle schaamte is afgelegdPunt ... uit!
Afgelopen, geen gezanik meerUit kortswijl
‘Kortswijl’, van Mnl.: cortswile, Odu.: kurzwile (Noorddu.: Kurzweil), wat de tijd kort (vgl.: een wijle, een ogenblik; voorts: verwijlen, verblijven, kort vertoeven). Het woord is een zelfde samenste...Lees meer