Palm-, Palm-pasen

Ei-koer-ei

Palm-, Palm-pasen

Over ene Zondag

Palm-, Palm-pasen

Dan krijgen we een ei

Palm-, Palm-pasen

Eén ei dat is geen ei

Palm-, Palm-pasen

Twee ei is pas ’n ei

de palm wegdragen

bij de wedstrijd droeg hij de palm weg: hij won de prijs, hij was de winnaar.

De palm wegdragen

De overwinning behalen

Naar de palm dingen

Zijn meesterschap zoeken te tonen

De palm wegdragen (of: ontvangen)

Overwinnaar zijn

Hij heeft de palm weggedragen

Hij heeft overwonnen

Hier is spek tot palm

Hier is alles in overvloed

Palm in het vuur leggen

Zoete broodjes bakken

De palm der overwinning uitreiken (wegdragen)

Overwinnaar zijn, de prijs wegdragen. Bij de Romeinen gold de palm (tak) als teken der overwinning, die dan werd uitgereikt (palmam dare) aan de overwinnaar. Ook overdrachtelijk voor: een prijs toeken...
Lees meer

Zo kaal als de palm van de hand

Niets bezitten, doodarm zijn

Dat is een Christus van palmhout

Hij is erg mager

Men wandelt niet straffeloos onder de palmen

Deze uitdrukking slaat op het verblijf in Indië, waar men óf gebruind, óf ziek vandaan komt. Wellicht is de uitdrukking een vertaling van Goethe, Die Wahlverwandschaften (2, 7): ‘Es wandelt niemand un...
Lees meer

Als ’t Palmzondag is, zal ’t haast Pasen zijn

Er is verband in de loop van de dingen, en als de eerste schakel van de keten er is, dan zullen ook de andere schakels wel volgen

Die heeft ook niet straffeloos onder de palmen gewandeld

Gezegd van oud gasten, die zeer verbruind of ziekelijk uit de oost komen