Goederen die niet aan een persoon, maar aan een instelling behoren (kerk, klooster, weeshuis e.d.). De term is afkomstig uit de tijd van het leenstelsel. De leenman was niet beschikkingsbevoegd over d... Lees meer
‘Parasiteren’, van Gr.: para, tegen, dichtbij, naast, en: sitos, spijs. Eigenlijk: mede-eten. Men bedoelt met de uitdrukking leven ten koste van iemand of op iemands kosten
Wordt - veelal tegen kinderen - gezegd wanneer er geen geld meer is om iets te kopen, of wanneer iets op is. Vgl. Plautus, Cistellaria (4, 2, 36): ‘Quod periit, periit’, d.i.: wat weg is is weg