Ergens mee behept zijn
‘Behept’, dat voor ons taalgevoel verwant is met ‘hebben’ (vandaar ook wel de spelling: behebt), houdt men voor een versmelting van Mnl.: beheept (Fri.: behypt): gekweld door, opgescheept met. Het woord wordt dan ook steeds gebezigd voor iets ongunstigs (ziekte, karaktertrek)