Een harde dobber hebben
Als iemand een moeilijke taak moet verrichten, zegt men dat hij daar een harde dobber aan zal hebben. Hier is sprake van de verbastering van een zegswijze. Ten onrechte spreekt men van ‘dobber’, omdat het ‘dobbel’ moet zijn. Zoals het woord dit reeds aanduidt, is de zegswijze ontleend aan het dobbelspel, en bedoelt dat de speler kans loopt het dobbelspel te verliezen. Een der eerste streken van ons land waar de verbastering van ‘dobbel’ in ‘dobber’ voorkwam, was de Zaanstreek, waar deze zegswijze in vroeger tijden vooral veel gebezigd werd als schepen op zee waren tijdens stormweer, en de schepen dus lagen: te dobberen op de baren