Ook wel: hij is bak-an. Betekent: hij is erbij, hij is er ingevlogen. Sommigen verklaren de uitdrukking uit het knikkerspel, omdat een stuiter in Friesland een ‘bakkert’ heet, terwijl ‘aan zijn’ een k... Lees meer
Oudtijds was een ‘rakker’ de knecht van de beul of van de schout (de schout en zijn rakkers). Het woord is ontstaan uit: ‘rakken’, schoonmaken, en in Groningen nog steeds in zwang. De ‘rakkers’ moeste... Lees meer