Spreekwoorden en gezegden met 'behouden-vaart'

Vaart minderen

Letterlijk gezegd van een rijdend voertuig. Overdrachtelijk voor: langzamer aan doen. Hetzelfde als: de pas inhouden

Hij vaart, waar de grote mast vaart

Hij volgt waar zijn meerdere hem voorafgaat; hij doet wat zijn meester wil

Hij is in behouden ree

Hij is goed weggekomen, in goede haven geland

In behouden (veilige) haven zijn

Het woord ‘haven' wordt met de stam van ‘hebben' (in de zin van: omgeven, bewaren), in verband gebracht. Het is de plaats, waar schepen, uit zee komende, voor golfslag en wind beveiligd kunnen ankeren...
Lees meer

Hij vaart wel

Hij is gemiddeld

Ergens vaart achter zetten

Ergens haast mee maken

Een duizelingwekkende (sneltrein)vaart

Met grote vaart. ‘Duizelingwekkend’, een duizeling veroorzakende

zonder geluk vaart niemand wel

je komt er niet alleen met hard werken, je moet ook een beetje geluk hebben.

Zonder geluk vaart niemand wel

Iedereen heeft een zekere mate van geluk nodig

Zonder geluk vaart niemand wel

Hoe ijverig men ook is, men heeft ook altijd wat geluk nodig

Zonder geluk vaart niemand wel

Niemand kan de gunst van het lot missen. Vgl. Lat.: ‘Fortuna cui fa vet, sponsa petita manet’, d.i.: die het geluk heeft, voert de bruid mede (ter kerk)