Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Gepubliceerd op 18-05-2022

Entrada

betekenis & definitie

f. ingang, toegang; (het) opkomen (toneel), intocht, intrede; pedir entrada, belet vragen; publiek (in een schouwburgzaal); hubo una gran entrada, we hadden een uitverkocht huis; recette, ontvangst; plaatsbewijs; entradas, pl. voorspijs, eerste gang; inkomsten, ontvangsten.

< >