Het idee achter de grote kloving is dat als er geen afstammelingen meer zijn van de overledene, er ook geen broers of zussen meer in leven zijn én er ook geen afstammelingen van die broers of zussen zijn, dat er in zo’n geval een splitsing van het vermogen in twee zal gebeuren.
Er is in feite op dat ogenblik geen vermening van bloed tussen de twee families waarvan de overledene afstamde, en wordt het nalatenschap in twee gedeeld.
Hierbij wordt geen rekening gehouden met de oorsprong van de goederen of de rijkdom waarvan deze kwam. Trouwt dus een rijke met een arme, zal het totale gedeelte voor de helft naar de ene familie gaan, en voor de helft naar de andere familie. Er gaat dus een helft naar de varderlijke lijn, en een andere helft naar de moederlijke lijn.