1. Zin.
2. Zede, gewoonte, handelwijze, gesteldheid. Mos ... duo significat; quandoque enim significat consuetudinem ... quandoque vero significat inclinationem quandam naturalern vel quasi naturalern ad aliquid agendum, S. THOMAS, SUM. THEOL. I-II, Q. 58, A, I, C., Zede geeft twee dingen te kennen, soms beteekent dit gewoonte, soms ook een natuurlijke of zoo goed als natuurlijke geneigdheid om in een of ander zin te handelen.
3. Zeden, karakter, levenswandel, gedrag. Mores, Zeden en gewoonten, BEYSENS,ETHIEK I, 88.
4. Wijze. More geometrico, Naar wiskundige wetten, VAN ALTDORF 75.