Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

tor, torrenbak

betekenis & definitie

(Bargoens) vrouw van lichte zeden, hoer. Een tor wordt gezien als een schadelijk en in vuiligheid levend insect.

Reeds bij Henke.Als het nou nog een jonkie was geweest. Maar nee, zo’n ouwe torrebak, dat kon ik niet opbrengen. Die ouwe Franse befferd kreeg dus meteen een Hollandse vrijzetter. (Haring Arie, Tweede Boek, 1969)

De kinderen waren van ons samen, daar draaiden we samen voor op. Ik zei altijd: samen gevrejen samen gelejen! Want ze begonnen lief, maar af en toe zijn het reuze torrenbakken, hoor! (Jos Brink, Laat mij maar schuiven, 1988)

< >