vervelende jongen enz.; klier. Reeds opgetekend in de negentiende eeuw, maar veel ouder.
Als hij in piama de deur opent, krijgt hij een stomp in zijn gezicht met de woorden: ‘Dat heb je ervan zwijn!’ Zijn telefoon staat niet stil: ploert, schoft, zwijn, strontkerel; het regent beledigingen. (Hitweek, 24/02/1966)