(meestal voorafgegaan door droge) saai, stijf iemand.
Ze zullen jou die fulpe tulp (een ongewenschten ouden vrijer), Die drooge stokvis half vergeeven... (J. van Hoven, De Gelukte List, op Driekoningen avond. Kluchtspel, 1715)
Die drooge stokvisch! (Johannes Kneppelhout, Studentenleven, 1841-1844)