vrouwengek; man geobsedeerd door orale seks. Syn.: bef tekkel.
‘Hei boerenlul,’ bulderde ik hem toe: ‘Weet jij wel wie ik ben? Hoerenloper, pruimelikker!’ (Jan Cremer, Ik Jan Cremer, 1964)
Gepubliceerd op 02-01-2020
betekenis & definitie
vrouwengek; man geobsedeerd door orale seks. Syn.: bef tekkel.
‘Hei boerenlul,’ bulderde ik hem toe: ‘Weet jij wel wie ik ben? Hoerenloper, pruimelikker!’ (Jan Cremer, Ik Jan Cremer, 1964)
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: