iemand die druk bezig is met alles tegelijk; zuur, zorgelijk of zenuwachtig persoon. Genoemd naar een personage uit de populaire televisieserie ‘De Fabeltjeskrant’ (van 1968 tot 1972 uitgezonden).
De serie was losweg gebaseerd op de fabels van Jean de la Fontaine (1621-1693), waaronder ‘De krekel en de mier’. In deze fabel ergert de mier zich voortdurend aan de zorgeloze krekel, die in plaats van voedselvoorraad in te slaan voor de winter alleen maar vrolijk zit te tsjirpen.
CDA-politicus Hans Hillen werd in 2004 nog de juffrouw Mier van de gezondheidszorg genoemd.Vandaag gaan we naar de grotten van huppeldepup, om fijn aan onze groepsband te werken. Het een en ander schijnt te wensen over te laten volgens de socio’s. Het is toch te gek voor woorden. Nog zoiets. Wim heeft de flessen drinken bij zich en Dickey onze lunchpakketten. Ik stelde voor dat iedereen zijn eigen rotzooi zou dragen, maar nee, Juffrouw Mier vond dat geen goed idee. (Femke Ponsioen, Niet aan denken.
Fragment uit ‘Het Ik-Labyrint' in De Brakke Hond. Nr. 86 van 2005)