(turbotaal) gereformeerd persoon. Ook als bijvoeglijk naamwoord.
Griffo: een makkelijker uit te spreken versie van ‘gerefo’, verwijzend naar leden van de zwarte-kousenkerk. (Onze Taal, december 1987)
O. is een griffo-getto: een zwarte parel in gereformeerdenland. (Vrij Nederland, 12/08/1989)